De strijd om jou

Kinderen vinden het moeilijk om hun ouders te delen. Het is dus niet gek dat bijna 90% van de kinderen negatief gedrag laat zien na de geboorte van een broertje of zusje. Houden mijn ouders nog wel genoeg van mij? Want waarom zouden ze anders nog een kindje krijgen? Het negatieve gedrag is vaak van korte duur, maar de strijd om ouders duurt wat langer.

Ruzies horen erbij

Die strijd om jou als ouder kan voor rivaliteit zorgen tussen je kinderen. En als daar ook nog eens twee karakters bij komen kijken die botsen, dan vliegen de ruzies je soms om de oren. Maar geen zorgen! Het hoort er allemaal bij. Zelfs broers en zussen die het goed met elkaar kunnen vinden hebben zat ruzies. Net als alle andere mensen in het leven. Kinderen kunnen nog niet zo goed met conflicten omgaan en bij een broertje of zusje kunnen ze deze vaardigheden op een veilige manier oefenen.

Voorkomen is niet per se beter dan genezen

Maar ondanks dat het er allemaal bij hoort, snappen wij als geen ander dat het jou soms negatieve energie kost. En toch hebben ze jouw hulp echt nodig. Want door te leren hoe je een ruzie oplost, leert je kind tegelijkertijd gevoelens te uiten, zich in te leven en compromissen te sluiten: vaardigheden die ze meenemen naar relaties met leeftijdsgenootjes. Voorkomen is dus niet altijd de beste oplossing want ruzies horen bij het contact met elkaar. Dat wil echter niet zetten dat je als ouder niks kunt doen om het samenwerken te bevorderen en ruzies in te dammen. Hoe? Dat pluizen we voor je uit.

Neem je kind serieus

Hoe vervelend dat geruzie soms ook is, vaak is er een patroon te herkennen in de reden waarom je kinderen ruzie met elkaar hebben. Luister dus in alle serieusheid naar de aanleiding van het gekibbel. Ook bij BLOS vinden we dat belangrijk. We bagatelliseren ruzies nooit en kijken naar de onderliggende reden. Vervolgens vragen we door naar een mogelijke oplossing en begeleiden ze hierin. Alleen al een luisterend oor biedt hulp.

Bij BLOS werken we met horizontale en verticale groepen. Dat onze verticale groepen éxtra als een gezin voelen, komt omdat daar ook broertjes en zusjes bij elkaar zitten. Mede daarom vinden we het belangrijk om goed om te gaan met conflicten tussen kinderen en nooit een ruzie te bagatelliseren. Dit doen we aan de hand van de Gordonmethode. Waar conflicten vaak op twee manieren worden opgelost: macht gebruiken (jij wint, de ander verliest) of toegeven (de ander wint, jij verliest), gaat de Gordonmethode uit van de ‘overlegmethode’: een oplossing waarbij er geen verliezers zijn.

Jouw hulp is key

We kunnen van onze ruziemakertjes niet verwachten dat ze weten hoe ze een conflict kunnen oplossen zonder dat ze geleerd hebben hoe dat moet. Leer je kind zijn of haar eigen behoeftes duidelijk te maken. Welke woorden horen daarbij? Leer je kind daarnaast hoe je kunt luisteren en grenzen aan kunt geven zonder iemand te beledigen. Belangrijk is daarbij: erken gevoelens, stel grenzen én leer je kind een andere manier van reageren.

Bij BLOS helpt de pedagogisch medewerker jouw kind wanneer het een botsing of conflict heeft. Hij of zij leert jouw kind aanvoelen welke sociale regels in de situatie van toepassing zijn door te praten. De pedagogisch medewerker helpt begrijpen wat een kind voelt: “Kijk, ze is gevallen en heeft pijn. Daarom moet ze nu huilen.”. Samen wordt er gezocht naar een oplossing of wordt het door jouw kind zelf bedacht. Soms reageert een pedagogisch medewerker niet direct en houdt je kind in de gaten of het het zelf kan oplossen. Lukt dit niet dan wordt er vanzelfsprekend hulp geboden.

Werk samen

Zoek naar leuke en leerzame activiteiten om met beide kinderen tegelijk te doen. Zo stimuleer je het samenwerken. Let op: kies niet voor een activiteit waar één van de twee heel goed in is om te voorkomen dat de ander zich achtergesteld voelt. Ga dus voor een nieuwe activiteit waarvan samenwerken een belangrijk onderdeel is.